Na de corona-uitbraak maakten minder mensen gebruik van wijkverpleging na een behandeling in het ziekenhuis. Ook huisartsen hebben minder verwijzingen voor wijkverpleging uitgeschreven. Dat blijkt uit een analyse van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Sinds de aankondiging van de eerste landelijke corona maatregelen op 12 maart neemt in de hele zorg de planbare zorg af. Ook in de wijkverpleging daalt het aantal zorgvragen. Vervolgzorg vanuit het ziekenhuis ligt vrijwel stil en ook de instroom van nieuwe cliënten via de huisarts is verminderd. Ook het gemiddeld aantal uren geleverde zorg per week daalt licht. De impact verschilt per regio: de noordelijke provincies kennen minder terugval in zorg dan de zuidelijke provincies. Inmiddels is de opstart van de reguliere ziekenhuiszorg gefaseerd op gang gekomen. Inmiddels start via de reguliere wijkroutes de zorg in de wijkverpleging op, huisartsen zien meer cliënten en verwijzen door.
De crisis heeft er ook voor gezorgd dat de doorstroom van cliënten naar de langdurige zorg is afgenomen. Door het strenge corona beleid in de verpleeghuizen kiezen veel cliënten voor wijkverpleging, met als resultaat extra belasting van wijkverpleegkundigen en meer palliatieve zorg aan huis.
Productiedata vier zorgaanbieders
Op basis van de productiedata van vier grote zorgaanbieders krijgen we een eerste indicatie van de effecten van corona op de wijkverpleging tot en met 24 april (week 17). We benadrukken dat dit niet representatief is voor de hele sector. We zien dat op het dieptepunt in deze periode (week 17) het totale aantal uren geleverde zorg 19% lager ligt dan in de weken voor de coronacrisis. Dat komt deels door de afname van het aantal cliënten in zorg. In week 17 zijn er 13,4% minder cliënten in zorg dan in de weken voor de coronacrisis. In de wijkverpleging is er sprake van continue in en uitstroom. We kunnen dus niet exact duiden wat de daling veroorzaakt. Dit is een combinatie van:
- Minder instroom uit het ziekenhuis.
- Minder instroom aangemeld door bijv. familie en huisarts.
- Minder uitstroom door afname van instroom naar het verpleeghuis.
- Meer uitstroom doordat mensen geen zorg meer willen ontvangen of doordat de zorg is afgeschaald.
- Meer overledenen.
Meer maatwerk
Het aantal nieuwe cliënten daalt onafgebroken sinds het afkondigen van de maatregelen. Ook het gemiddeld aantal uren geleverde zorg per week daalt licht. We zien en horen terug dat er maatwerk is geleverd in goed overleg met de cliënt, ondanks de moeilijke crisis weken voor professionals, aanbieders, cliënten en mantelzorgers van wijkverpleging. Daarbij vallen een aantal dingen op. De meeste cliënten behouden tijdens de crisisweken hetzelfde aantal uren geleverde zorg. Dat geldt in het bijzonder voor de groep cliënten die meer dan 8 uur zorg ontvangen. Bij sommige cliënten is de zorg tijdens de crisisweken zelfs opgeschaald. Wel is er meer zorg afgeschaald en minder zorg opgeschaald, dan in de periode voor de corona crisis. Door afschalen van zorg in de groepen van 0,5 – 8 uur per week zorg zien we bovendien een behoorlijke toename van cliënten in de groep 0 – 0,5 uur per week zorg.
Vervolgzorg in de keten
Nu de ziekenhuizen steeds meer reguliere zorg opstarten, is het belangrijk dat zij dat in samenhang met andere partners in de zorgketen doen. Uit ons onderzoek naar de urgentieverdeling van alle ziekenhuisbehandelingen met aansluitend wijkverpleging blijkt dat de vervolgzorg naar wijkverpleging beperkt te beïnvloeden is. Allereerst zien we dat gemiddeld ca. 7% van het gemiddeld aantal cliënten per maand dat wijkverpleging krijgt cliënten zijn die na een behandeling in het ziekenhuis instromen met een nieuwe of verhoogde zorgvraag voor de wijkverpleging. Veel van deze ziekenhuisbehandelingen (ca. 42%) zijn urgent en zullen ook tijdens de corona crisis doorgang hebben gevonden. Een kleiner deel (ca. 23%) van de ziekenhuisbehandelingen die leiden tot (meer) wijkverpleging is niet urgente zorg. Deze zorgvragen zijn tot op zekere hoogte uit te stellen en daarmee de potentiële vervolgzorg in de wijkverpleging ook. Procentueel komt dit deel overeen met gemiddeld ongeveer 2% van het totaal aantal cliënten wijkverpleging per maand.
Rapport
Download hier het NZa-rapport 'Analyse van de gevolgen van de coronacrisis voor de wijkverpleging' (pdf)