Voor veel basisschoolkinderen is de spreekbeurt reden voor enorme stress en slapeloze nachten. Een nieuwe, gratis app helpt kinderen met spreekangst om deze angst te voorkómen en te overwinnen. Met SpeakAPP!-Kids kunnen ze in een virtual reality omgeving zo veel oefenen als ze willen. De app is ontwikkeld door onderzoekers van de Radboud Universiteit. Kinderen uit groep 2 en 3 zien een kringopstelling, kinderen uit de bovenbouw zien kinderen die aan tafels zitten. Ook een juf is aanwezig. Voor kinderen die rustig willen opbouwen, zijn er ook video's van lege klaslokalen. Kinderen die met de app oefenden, waren tijdens en na de spreekbeurt gemiddeld minder angstig. Ze kalmeerden ook sneller en waren in het onderzoek minder bang voor een volgende spreekbeurt,' vertelt Paul Ketelaar, universitair docent Communicatiewetenschappen.
Download
De app is gratis te vinden in de App Store voor de iPhone en de Google Play Store voor Android.
Toekomstplannen
SpeakAPP!-Kids is gericht op basisschoolkinderen, maar als het aan de onderzoekers ligt is er ruimte voor meer keuze in de app of voor andere doelgroepen. Lange: ‘Spreekangst komt op elke leeftijd voor. Uit gesprekken blijkt dat er absoluut behoefte is voor bijvoorbeeld een SpeakAPP!-Teens of een SpeakAPP!-Students. En we willen de app graag geschikt maken voor een breder, internationaler publiek, met meer diverse schoolklassen. Alleen dan kan iedereen oefenen met een klas die het meest lijkt op de eigen klas.’ De app is gebouwd met een bijdrage uit het innovatiefonds van Radboud Centrum Sociale wetenschappen (RCSW). Voor nieuwe varianten moeten de onderzoekers op zoek naar nieuwe financiering.
Veel oefenen
‘De enige manier om ervan af te komen, is door zo vaak mogelijk te oefenen,’ legt Wolf-Gero Lange uit. Hij is universitair docent Klinische psychologie bij het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit en een van de onderzoekers betrokken bij SpeakAPP!-Kids. ‘Maar dat is in de praktijk lastig. Je kunt een kind niet elke week voor de klas zetten, en thuis oefenen met knuffels of familieleden is toch niet helemaal hetzelfde. Bovendien zijn opa en oma het oefenen na de vijfde keer vaak ook wel een beetje beu.’
Bron: Radboud Universiteit
Foto Photo by Jessica Lewis on Unsplash